RobecoSAM Climate Global Bonds IH EUR
Beleggen in obligaties en streven naar een wereldwijde temperatuurstijging ruim onder de 2 °C
Aandelenklassen
Aandelenklassen
Iedere fondsklasse van een product belegt in dezelfde effectenportefeuille en ook hun beleggingsdoelen en beleggingsbeleid komen overeen. Andere aspecten kunnen wel afwijken. Denk bijvoorbeeld aan het distributietype, de valuta-exposure, en de vergoedingen en kosten. De meest voorkomende fondsklassen bij Robeco zijn:
a) D/DH-aandelen, reguliere aandelen die beschikbaar zijn voor alle beleggers;
b) I/IH-aandelen, voor institutionele beleggers die van tijd tot tijd worden aangewezen door de Luxemburgse toezichthouder.
Meer informatie over fondsklassen is te vinden in het prospectus.
IH-EUR
FH-EUR
Klasse en codes
Fondscategorie:
Obligaties
ISIN:
LU2258388441
Bloomberg:
ROCBIHE LX
Index
Solactive Paris Aware Global Aggregate Index (hedged into EUR)
Informatieverschaffing over duurzaamheid
Informatieverschaffing over duurzaamheid
De Sustainable Finance Disclosure Regulation van de EU kan producten classificeren onder Artikel 6, 8 of 9.
Artikel 6: het fonds valt niet onder de uitgebreide informatieverschaffing over duurzaamheidskenmerken zoals in Artikel 8 en 9.
Artikel 8: het fonds heeft geen duurzame beleggingsdoelstelling, maar bevordert wel milieu- en maatschappelijke eigenschappen en moet uitgebreid rapporteren over duurzaamheidskenmerken.
Artikel 9: het fonds heeft een duurzame beleggingsdoelstelling en moet uitgebreid rapporteren over duurzaamheidskenmerken.
Of het nou gaat om Artikel 8 of 9, ondernemingen waarin is belegd moeten goed bestuur aan de dag leggen en duurzame beleggingen mogen geen ernstige schade toebrengen.
Artikel 8
Morningstar
Morningstar
Copyright © Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden. De hierin vervatte informatie: (1) is eigendom van Morningstar en/of diens informatieverstrekkers, (2) mag niet gekopieerd of verspreid worden, en (3) wordt niet op juistheid, compleetheid of tijdigheid gegarandeerd. Morningstar en de informatieverstrekkers van Morningstar accepteren geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele schade of verliezen die voortvloeien uit het gebruik van deze informatie. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Download The Morningstar Rating for Funds (hoofdstuk: The Morningstar Rating: Three-, Five-, and 10-Year) op de Morningstar website.
Rating (30/03)
- Overzicht
- Rendement & kosten
- Portefeuille
- Duurzaamheid
- Commentaar
- Documenten
Fonds topics
MISSING: fund.detail.tabs.
Kernpunten
- Loopt voorop in de transitie naar een CO2-arme economie in lijn met het Akkoord van Parijs
- Contraire beleggingsstijl die profiteert van kansen die ontstaan door behavioral biases in de markt
- Combinatie van expertise in duurzaam beleggen en zeer ervaren Global Macro- en Global Credit-teams
Over dit fonds
RobecoSAM Climate Global Bonds is een actief beheerd fonds dat wereldwijd belegt in obligaties. De selectie van deze obligaties is gebaseerd op fundamentele analyse. Het fonds streeft ernaar de CO2-voetafdruk van de portefeuille te verkleinen en daarmee bij te dragen aan de doelen van het Akkoord van Parijs om de maximale wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot ruim onder 2 °C. Het fonds belegt in wereldwijde obligaties en andere verhandelbare schuldbewijzen en titels (waartoe kortlopende effecten met vaste of variabele rente kunnen behoren) uitgegeven of gegarandeerd door lidstaten van de OESO en door bedrijven die in OESO-landen zijn gevestigd. Het fonds heeft ook als doelstelling het behalen van vermogensgroei op de lange termijn.
Belangrijke feiten
Totale fondsgrootte
€ 40.745.538
Grootte van de shareclass
€ 12.826.025
Ingangsdatum shareclass
09-12-2020
1-jaars rendement
0,41%
Dividenduitkerend
No
Fondsmanager
Bob Stoutjesdijk
Michiel de Bruin
Stephan van IJzendoorn
Bob Stoutjesdijk is portefeuillemanager en lid van Robeco's Global Macro-team. Hij kwam in 2019 in dienst bij Robeco. Hij was van 2011 tot 2019 werkzaam bij Shell Asset Management Company als portefeuillemanager Fixed Income Sovereign Credit. Daarvoor was hij portefeuillemanager Fixed Income bij SNS Asset Management. Hij begon zijn carrière in 2008 bij APG Asset Management als kwantitatief analist. Bob studeerde Economics & Business aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en is een CAIA®-charterholder. Michiel de Bruin is hoofd van het Global Macro-team en portefeuillemanager. Voordat hij in 2018 in dienst trad bij Robeco, werkte Michiel als hoofd Global Rates and Money Markets voor BMO Global Asset Management in Londen. Daarvoor vervulde hij verschillende functies, waaronder hoofd Euro Government Bonds. Voordat hij in 2003 bij BMO begon, was hij onder meer hoofd Fixed Income Trading bij Deutsche Bank in Amsterdam. Michiel begon zijn carrière in de sector in 1986. Hij heeft een postdoctoraal diploma beleggingsanalyses behaald aan de Vrije Universiteit Amsterdam en is houder van de titel Certified EFFAS Analyst (CEFA) Charterholder. Hij heeft een bachelor van de Hogeschool van Amsterdam. Stephan van IJzendoorn is portefeuillemanager en lid van Robeco's Global Macro-team. Voordat hij in 2013 bij Robeco in dienst kwam, werkte Stephan als portefeuillemanager vastrentende beleggingen bij F&C Investments. Daarvoor was hij in vergelijkbare functies werkzaam bij Allianz Global Investors en A&O Services. Stephan begon zijn carrière in de beleggingssector in 2003. Hij heeft een bachelor in Financial Management, een master in Investment Management van de Vrije Universiteit Amsterdam en is Certified European Financial Analyst (CEFA) Charterholder.
Rendement
Per periode
Per jaar
- Per periode
- Per jaar
1 maand
0,68%
0,87%
3 maanden
-1,66%
-0,39%
YTD
-1,66%
-0,39%
1 jaar
0,41%
2,96%
2 jaar
-5,01%
-2,28%
3 jaar
-4,71%
-3,05%
Sinds oprichting 12/2020
-5,13%
-3,50%
2023
3,13%
5,46%
2022
-15,19%
-13,63%
2021
-2,32%
-2,29%
2021-2023
-5,11%
-3,81%
Statistieken
Statistieken
Hit ratio
Karakteristieken
- Statistieken
- Hit ratio
- Karakteristieken
Tracking error ex-post (%)
De ex-post tracking error geeft de volatiliteit weer van de behaalde excess return van een fonds ten opzichte van het rendement van de index. Bij het beheer van beleggingsfondsen hebben de meeste fondsmanagers te maken met een ex-ante (vooraf bepaalde) tracking error die aangeeft hoeveel extra risico zij mogen nemen in hun pogingen om de benchmark te verslaan. De ex-post tracking error verklaart de spreiding van de fondsresultaten uit het verleden in vergelijking met die van de onderliggende benchmark. Als het fonds een hogere tracking error heeft, wijken de resultaten van het fonds meer af van de resultaten van de index. Er is dan dus een grotere kans dat het fonds een outperformance behaalt. Hoe verder de rendementen van de benchmark af staan, des te actiever is het fonds beheerd. Een lage tracking error wijst daarentegen op passiever beheer.
1,07
Informatieratio
Deze ratio wordt gebruikt om de kwaliteit van de excess return die een fondsmanager heeft behaald te beoordelen aangezien deze ratio ook rekening houdt met het actieve risico dat is genomen. De informatieratio wordt verkregen door de excess return ten opzichte van de benchmark te delen door de tracking error van het fonds. Hoe hoger de informatieratio, hoe beter. Een fonds met een tracking error van 4% en een excess return van 2% ten opzichte van de benchmark heeft een informatieratio van 0,5, wat goed is.
-1,09
Sharpe-ratio
Deze ratio meet de risicogecorrigeerde performance en maakt het mogelijk de kwaliteit van de performance van verschillende beleggingen te vergelijken. Deze ratio wordt berekend door de risicovrije rente van de performance af te trekken en de uitkomst vervolgens door de standaarddeviatie (het risico) van het fonds te delen. De Sharpe-ratio geeft dus aan of de rendementen van een fonds het resultaat zijn van goede beleggingsbeslissingen of gebaseerd zijn op het nemen van extra risico. Hoe hoger de ratio hoe beter, want dit betekent dat er meer rendement per eenheid risico wordt behaald. Deze ratio is genoemd naar zijn uitvinder, Nobelprijswinnaar William Sharpe.
-0,91
Alpha (%)
Alpha geeft aan hoeveel beter een portefeuille in werkelijkheid heeft gepresteerd dan de verwachte resultaten gegeven het gelopen risico ten opzichte van de benchmark. Positieve alpha geeft aan dat het fonds het beter heeft gedaan dan verwacht, gegeven het gelopen risico. Beta wordt gebruikt om het risico in vergelijking met de benchmark te bepalen.
-1,04
Beta
Een maatstaf voor de volatiliteit van een portefeuille, of systematisch risico, in vergelijking met de benchmark. Een beta van 1 geeft aan dat de portefeuille zal meebewegen met de benchmark. Een beta van minder dan 1 geeft aan dat de portefeuille minder beweeglijk zal zijn dan de benchmark. Een beta van meer dan 1 geeft aan dat de portefeuille beweeglijker zal zijn dan de benchmark. Een portefeuille met een beta van 1,2 is in theorie 20% meer beweeglijk dan de benchmark.
1,04
Standaarddeviatie
De standaarddeviatie meet de spreiding van een groep gegevens ten opzichte van het gemiddelde. Hoe wijder de data is gespreid, hoe groter de afwijking. In de financiële wereld wordt de standaarddeviatie toegepast op het jaarlijkse rendement van een belegging om de volatiliteit (het risico) van die belegging te meten.
6,11
Max. maandelijkse winst (%)
De maximale (hoogste) absolute positieve maandelijkse performance in de achterliggende periode.
3,69
Max. maandelijks verlies (%)
De maximale (hoogste) absolute negatieve maandelijkse performance in de achterliggende periode.
-3,98
Maanden outperformance
Het aantal maanden dat het fonds een outperformance had ten opzichte van de benchmark over de achterliggende periode.
13
Hit ratio (%)
Dit percentage geeft aan in hoeveel maanden het fonds een outperformance had binnen een achterliggende periode.
36.1
Maanden Bull-markt
Het aantal maanden dat de benchmark een positieve performance had in de achterliggende periode.
14
Maanden outperformance Bull
Het aantal maanden dat het fonds een outperformance had ten opzichte van de positieve benchmark performance in de achterliggende periode.
5
Hit ratio Bull (%)
Dit percentage geeft aan hoeveel maanden het fonds een outperformance had ten opzichte van een positieve benchmark performance binnen een achterliggende periode.
35.7
Maanden Bear-markt
Het aantal maanden dat de benchmark een negatieve performance had in de achterliggende periode.
22
Maanden outperformance Bear
Het aantal maanden dat het fonds een outperformance had ten opzichte van de negatieve benchmark performance in de achterliggende periode.
8
Hit ratio Bear (%)
Dit percentage geeft aan hoeveel maanden het fonds een outperformance had ten opzichte van een negatieve benchmark performance binnen een achterliggende periode.
36.4
Rating
De gemiddelde kredietkwaliteit van de posities in de portefeuille. AAA, AA, A en BAA (Investment Grade) betekent lager risico en BB, B, CCC, CC, C (High Yield) hoger risico.
A1/A2
A1/A2
Option-Adjusted Modified Duration (jaren)
De rentegevoeligheid van de portefeuille.
6,60
6,50
Looptijd (jaren)
De gemiddelde looptijd van de posities in de portefeuille.
7,80
8,60
Green Bonds (%)
Het percentage van het totale beheerde vermogen in de portefeuille (op basis van marktweging) dat in Bloomberg als Green Bond wordt aangemerkt. Een groene obligatie is elke type reguliere obligatie waarvan de opbrengst uitsluitend wordt ingezet voor milieuprojecten.
9,20
2,70
Kosten
Lopende kosten
Lopende kosten
0,48%
Inbegrepen beheervergoeding
Vergoeding die het fonds betaalt aan de vermogensbeheerder voor het professioneel beheren van het fonds.
0,35%
Inbegrepen serviceprovisie
Vergoeding die het fonds betaalt als dekking voor formele kosten, zoals de kosten voor jaarverslagen, jaarlijkse aandeelhoudersvergaderingen en koerspublicaties.
0,12%
Transactiekosten
De genoemde transactiekosten zijn de gemiddelde jaarlijkse transactiekosten over de laatste drie jaar berekend volgens de Europese regelgeving.
0,19%
Fiscale behandeling product
Het fonds is gevestigd in Luxemburg en valt onder de fiscale wet- en regelgeving van Luxemburg. Het fonds is in Luxemburg géén vennootschaps-, inkomsten-, dividend- of vermogenswinstbelasting verschuldigd. Het fonds is in Luxemburg wel onderworpen aan een jaarlijkse abonnementsbelasting ('tax d'abonnement'). Deze belasting bedraagt 0,01% van de intrinsieke waarde van het fonds. Deze belasting wordt verrekend met de intrinsieke waarde van het fonds. Het fonds kan in beginsel door gebruikmaking van het Luxemburgse verdragennet, eventuele bronbelasting op haar inkomsten gedeeltelijk terugvragen.
Fiscale behandeling belegger
Beleggers die niet onderworpen zijn (vrijgesteld) aan Nederlandse vennootschapsbelasting (o.a. pensioenfondsen) worden niet belast voor het gerealiseerde resultaat. Beleggers die zijn onderworpen aan Nederlandse vennootschapsbelasting kunnen worden belast voor het resultaat behaald op hun investering in het fonds. Nederlandse Vpb-plichtige lichamen dienen rente- en dividendinkomsten en gerealiseerde koerswinsten op te geven in hun belastingaangifte. Voor beleggers buiten Nederland geldt hun eigen nationale belastingwetgeving met betrekking tot buitenlandse beleggingsfondsen. Wij adviseren de individuele belegger om, voorafgaand aan het nemen van de beslissing om te investeren in dit fonds, voor diens specifieke situatie eerst diens financiële of fiscale adviseur te raadplegen over de fiscale gevolgen verbonden aan de belegging in dit fonds.
Fondsallocatie
Currency
Duration
Rating
Sector
- Currency
- Duration
- Rating
- Sector
Policies
Alle valutarisico’s zijn afgedekt.
Alle winst wordt geaccumuleerd en niet als dividend uitgekeerd. Daarom komt het volledige rendement tot uitdrukking in de koersontwikkeling.
RobecoSAM Climate Global Bonds is een actief beheerd fonds dat wereldwijd belegt in obligaties. De selectie van deze obligaties is gebaseerd op fundamentele analyse. Het fonds streeft ernaar de CO2-voetafdruk van de portefeuille te verkleinen en daarmee bij te dragen aan de doelen van het Akkoord van Parijs om de maximale wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot ruim onder 2 °C. Het fonds belegt in wereldwijde obligaties en andere verhandelbare schuldbewijzen en titels (waartoe kortlopende effecten met vaste of variabele rente kunnen behoren) uitgegeven of gegarandeerd door lidstaten van de OESO en door bedrijven die in OESO-landen zijn gevestigd. Het fonds heeft ook als doelstelling het behalen van vermogensgroei op de lange termijn. Het fonds bevordert kenmerken op het gebied van milieu en maatschappij (environmental and social; E&S) volgens Artikel 8 van de Sustainable Finance Disclosure Regulation van de EU, integreert duurzaamheidsrisico's in het beleggingsproces en past Robeco's beleid voor goed ondernemingsbestuur toe. Het fonds streeft ernaar de CO2-voetafdruk van de portefeuille te verkleinen en daarmee bij te dragen aan de doelen van het Akkoord van Parijs om de maximale wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot ruim onder 2 °C. Het fonds hanteert duurzaamheidsindicatoren, waaronder, maar niet beperkt tot, uitsluitingen op basis van normen en activiteiten, in overeenstemming met Artikel 12 van de EU-verordening betreffende klimaattransitiebenchmarks, op het Akkoord van Parijs afgestemde EU-benchmarks en informatie over de duurzaamheid van benchmarks. Het fonds wordt beheerd ten opzichte van een benchmark die in overeenstemming is met de duurzame beleggingsdoelstellingen van het fonds. Het streeft naar afstemming op de eisen van het Akkoord van Parijs voor de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. Voor bedrijfsobligaties beoogt de Benchmark de performance weer te geven van een beleggingsstrategie die is afgestemd op de technische normen voor EU Paris Aligned benchmarks op het gebied van o.a. uitsluitingen en CO2-reductiedoelstellingen. Voor beleggingen in staatsobligaties in de Benchmark streeft het fonds op lange termijn naar een decarbonisatie van 7% per jaar, voor zover dit realistisch haalbaar is en er geen technische normen van toepassing zijn. De Benchmark verschilt van een algemene marktindex in die zin dat de marktindex qua methodologie geen rekening houdt met criteria voor afstemming op het Akkoord van Parijs op het gebied van de uitstoot van broeikasgassen en gerelateerde uitsluitingen.
Risicobeheer is volledig geïntegreerd in het beleggingsproces om zeker te stellen dat de posities van het fonds te allen tijde binnen de vooraf vastgestelde limieten blijven.
Informatieverschaffing over duurzaamheid
Duurzaamheidsprofiel
Beoogde voetafdruk
Below Index
ESG Important Information
De duurzaamheidsinformatie hieronder kan beleggers helpen duurzaamheidsoverwegingen te integreren in hun proces. Deze informatie is alleen voor informatieve doeleinden. De gerapporteerde duurzaamheidsinformatie mag niet worden gebruikt in relatie tot de bindende elementen van dit fonds. Bij een beslissing om te beleggen moet rekening worden gehouden met alle kenmerken of doelstellingen van het fonds zoals beschreven in het prospectus.
Duurzaamheid
Duurzaamheid wordt meegenomen in het beleggingsproces door middel van uitsluitingen, ESG-integratie, een minimumallocatie naar ESG-obligaties en een beoogde CO2-voetafdruk voor zowel het deel staatsobligaties als het deel credits. Voor staatsobligaties volgt het fonds het uitsluitingsbeleid van Robeco voor landen. Voor credits belegt het fonds niet in bedrijven die internationale normen schenden. Daarvoor hanteert het fonds een op bedrijfsactiviteiten gebaseerde uitsluitingslijst in overeenstemming met het uitsluitingsbeleid van Robeco, die voldoet aan de criteria in artikel 12 van de EU-verordening betreffende klimaattransitiebenchmarks, op het Akkoord van Parijs afgestemde EU-benchmarks en informatie over de duurzaamheid van benchmarks. Om het potentieel voor decarbonisatie en de impact van financieel materiële ESG-risico's op de fundamentele kwaliteit van de issuer te beoordelen, worden ESG-factoren, waaronder klimaatverandering, meegenomen in de bottom-up effectenanalyse. Daarnaast belegt het fonds ten minste 2,5% in groene, sociale, duurzame en/of duurzaamheidsgerelateerde obligaties. Bij de portefeuilleopbouw streeft het fonds naar een CO2-voetafdruk die voor het staatsobligatie- en het creditdeel ten minste gelijk is aan of beter is dan die van de Solactive Paris Aware Global Aggregate Index. Zo zorgen we ervoor dat het fonds op koers ligt voor het gewenste decarbonisatietraject van gemiddeld 7% jaar-op-jaar.In de volgende paragrafen worden de ESG-maatstaven voor dit fonds weergegeven met een korte beschrijving. Meer informatie vindt u in de duurzaamheidsgerelateerde informatie.De gebruikte index voor alle duurzaamheidsvisuals is gebaseerd op Solactive Paris Aware Global Aggregate Index (hedged into EUR).
Marktontwikkeling
In maart bewoog de rente binnen een bandbreedte. In de eerste helft van de maand daalde de rente over het algemeen, terwijl die in de tweede helft van de maand iets opliep. De rente op Duitse 10-jaars Bunds eindigde de maand 11 bp lager op 2,30%, terwijl Amerikaanse 10-jaars Treasuries de maand 2 bp hoger eindigden op 4,20%. Britse Gilts presteerden afgelopen maand sterk, want de rente daalde doordat de inflatie lager uitviel dan verwacht. In maart vonden twee belangrijke vergaderingen van centrale banken plaats. De eerste was van de Zwitserse Nationale Bank, die als eerste centrale bank in de ontwikkelde markten de rente verlaagde. De tweede was van de Bank of Japan, die besloot de beleidsrente voor het eerst in 17 jaar te verhogen van -0,1% naar 0%. Het algemene risicosentiment was afgelopen maand zeer positief, wat ook Italiaanse staatsobligaties ten goede kwam. Het renteverschil met Duitse Bunds daalde van 155 bp naar 137 bp.
Toelichting rendement
Op basis van de handelskoers behaalde het fonds een resultaat van 0,68%. Het fonds boekte in maart een positief absoluut rendement, doordat de wereldwijde staatsobligatierente zijwaarts bewoog. De posities gericht op versteiling van de curve in de VS, Canada, Zweden en Nieuw-Zeeland droegen negatief bij aan de performance, terwijl de bijdrage van credits en overheidsgerelateerde obligaties positief was.
Verwachting van de fondsmanager
Bob Stoutjesdijk
Michiel de Bruin
Stephan van IJzendoorn
Centrale banken in ontwikkelde markten zijn het er steeds meer over eens dat de officiële rente het juiste niveau heeft bereikt en dat de volgende stap een verlaging is, met de BoJ als uitzondering. Dit is van belang voor de algemene richting van de rente, want het zou het risico op een nieuwe rentepiek in deze cyclus moeten verminderen. Ondanks hun overeenstemming over de richting van de officiële rente verschillen de ideeën over het tempo waarin de rente naar neutraal kan worden gebracht per economie. Zo toont de VS meer veerkracht tegen de verkrapping van de monetaire omstandigheden dan de eurozone. Daarom geven we de voorkeur aan durationposities in de euromarkt. De normalisering van de beleidsrente zou ook gepaard moeten gaan met steilere yield curves en we blijven posities aanhouden/vergroten die kunnen profiteren van zo'n beweging. Wij geven de voorkeur aan Griekse boven Italiaanse staatsobligaties vanwege het verschil in uitgifte en de verwachte stabiliteit van de economische groei.