Fonds | Index | |
---|---|---|
1 maand | ||
3 maanden | ||
YTD | ||
1 jaar | ||
2 jaar | ||
3 jaar | ||
5 jaar | ||
10 jaar | ||
{{'fund.detail.performance.period.sinceInception' | labelize:[ fundDate(fund.fundPerformances.sinceStart.startDate,'MM-YYYY') ]}} |
Fonds | Index | |
---|---|---|
Op basis van de handelskoers behaalde het fonds een resultaat van -8,45%. Het fonds streeft naar een hoger risicogecorrigeerd rendement dan de algemene markt en generieke value-indices over een volledige economische cyclus. Dit doet het fonds via efficiënte, goed gespreide exposure naar de verbeterde value-factor, die aanwezig is bij aandelen met een lage koers ten opzichte van hun fundamentals.
3 jaar | 5 jaar | ||
---|---|---|---|
Tracking error ex-post (%) |
|
||
Informatieratio | |||
Sharpe-ratio | |||
Alpha (%) | |||
Beta |
|
||
Standaarddeviatie |
|
||
Max. maandelijkse winst (%) |
|
||
Max. maandelijks verlies (%) |
|
3 jaar | 5 jaar | ||
---|---|---|---|
Maanden outperformance | |||
Hit ratio (%) | |||
Maanden Bull-markt | |||
Maanden outperformance Bull | |||
Hit ratio Bull (%) | |||
Maanden Bear-markt | |||
Maanden outperformance Bear | |||
Hit ratio Bear (%) |
Fonds | Index | ||
---|---|---|---|
Rating | |||
Option Adjusted Modified Duration (jaren) | |||
Looptijd (jaren) | |||
Yield to Worst (%) | |||
Green Bonds (%) |
Naam | Sector | Weging |
---|---|---|
Het valutarisico wordt niet afgedekt. Wisselkoersschommelingen zullen de koers van het fonds daarom rechtstreeks beïnvloeden.
Het fonds keert geen dividend uit en voegt alle inkomsten toe aan de portefeuille, waardoor de totale performance tot uitdrukking komt in de koers.
Het fonds integreert systematisch duurzaamheid in het beleggingsproces door middel van uitsluitingen, ESG-integratie, ESG- en milieuvoetafdruk-doelstellingen en engagement. Op basis van het uitsluitingsbeleid van Robeco belegt het fonds niet in aandelen van bedrijven die internationale normen schenden of waarbij de activiteiten een negatieve impact hebben op de maatschappij. Financieel materiële ESG-factoren worden meegenomen in de portefeuilleopbouw om ervoor te zorgen dat de ESG-score van de portefeuille die van de index overtreft. Daarnaast is de milieuvoetafdruk van het fonds kleiner dan die van de benchmark door restricties op CO2-emissies, waterverbruik en afvalproductie. Dankzij deze regels voor de portefeuillesamenstelling maken aandelen met een betere ESG-score of milieuvoetafdruk eerder kans op opname in de portefeuille, terwijl die van bedrijven met een slechte ESG-score of milieuvoetafdruk eerder kans lopen te worden verwijderd uit de portefeuille. Daarnaast gaat Robeco de dialoog aan met issuers van aandelen waarvan uit de doorlopende monitoring blijkt dat ze internationale normen schenden.
Robeco QI European Value Equities is een actief beheerd fonds dat belegt in aandelen uit Europese landen. De selectie van deze aandelen is gebaseerd op een kwantitatief model. Het fonds heeft als doelstelling het behalen van een beter rendement dan de index. Het fonds streeft naar een beter duurzaamheidsprofiel dan de Benchmark door kenmerken op het gebied van milieu en maatschappij (environmental and social; E&S) te bevorderen volgens Artikel 8 van de Sustainable Finance Disclosure Regulation van de EU, duurzaamheidsrisico's te integreren in het beleggingsproces en Robeco's beleid voor goed ondernemingsbestuur toe te passen. Het fonds hanteert duurzaamheidsindicatoren, waaronder, maar niet beperkt tot, uitsluitingen op basis van normen, activiteiten en regio's, en engagement. Het fonds belegt in aandelen met een lage prijs ten opzichte van hun fundamentals. Het fonds streeft op lange termijn naar het binnenhalen van de waardepremie door de meest aantrekkelijke waardeaandelen te selecteren. Deze waardeaandelen worden geselecteerd op basis van een kwantitatief model dat aandelen op verschillende manieren rangschikt. Bijvoorbeeld: waarderingscijfers, solide winstpotentieel, een laag risico en momentum. De meeste aandelen die we selecteren maken deel uit van de Benchmark, maar we kunnen ook aandelen buiten de Benchmark selecteren. Het fonds kan afwijken van de wegingen in de Benchmark. Het fonds streeft ernaar op lange termijn een outperformance te realiseren ten opzichte van de Benchmark, terwijl tegelijkertijd het relatieve risico wordt beheerst door de toepassing van limieten (voor sectoren, landen en issuers) om de afwijking van de Benchmark te beperken. Uiteindelijk beperkt dit ook de relatieve performance ten opzichte van de Benchmark. De Benchmark is een algemene marktgewogen index die niet in overeenstemming is met de ESG-kenmerken die het fonds bevordert.
Het risicobeheer is volledig geïntegreerd in het beleggingsproces, zodat de posities altijd voldoen aan de vastgestelde richtlijnen.
Beoogde ESG-score | Beoogde voetafdruk |
---|---|
Beter dan de index | Beter dan de index |
De eigendomsvoetafdruk geeft het totale gebruik van hulpbronnen weer dat de portefeuille financiert. De voetafdruk van iedere onderzochte onderneming wordt berekend door de gebruikte hulpbronnen te normaliseren ten opzichte van de bedrijfswaarde inclusief cash van die ondernemingen. Door deze waarde te vermenigvuldigen met het bedrag in dollars dat is belegd in iedere onderzochte onderneming, wordt de totale eigendomsvoetafdruk berekend. Die voetafdruk wordt vervolgens vergeleken met de voetafdruk van de geselecteerde index. Posities in staatsobligaties en cash hebben geen impact. De score van de portefeuille is weergegeven in blauw en die van de index in grijs.
De grafiek ESG Risk Rating van Sustainalytics geeft de ESGrisicorating van de portefeuille weer. Deze wordt berekend door de ESG-risicorating van alle namen in de portefeuille te vermenigvuldigen met de betreffende portefeuilleweging. Als een index is geselecteerd, worden die scores naast de portefeuillescores weergegeven, wat een duidelijke vergelijking biedt tussen het ESG-risiconiveau van de portefeuille en de index. De grafiek van Sustainalytics toont de portefeuilleallocaties onderverdeeld in de vijf ESG-risiconiveaus van Sustainalytics: minimaal (0-10), laag (10-20), gemiddeld (20-30), hoog (30-40) en ernstig (40+), en geeft zo een overzicht van de exposure van de portefeuille naar de verschillende ESG-risiconiveaus. Als een index is geselecteerd, wordt dezelfde informatie voor de index weergegeven.
Het fonds integreert systematisch duurzaamheid in het beleggingsproces door middel van uitsluitingen, ESG-integratie, ESG- en milieuvoetafdruk-doelstellingen en engagement. Op basis van het uitsluitingsbeleid van Robeco belegt het fonds niet in aandelen van bedrijven die internationale normen schenden of waarbij de activiteiten een negatieve impact hebben op de maatschappij. Financieel materiële ESG-factoren worden meegenomen in de portefeuilleopbouw om ervoor te zorgen dat de ESG-score van de portefeuille die van de index overtreft. Daarnaast is de milieuvoetafdruk van het fonds kleiner dan die van de benchmark door restricties op CO2-emissies, waterverbruik en afvalproductie. Dankzij deze regels voor de portefeuillesamenstelling maken aandelen met een betere ESG-score of milieuvoetafdruk eerder kans op opname in de portefeuille, terwijl die van bedrijven met een slechte ESG-score of milieuvoetafdruk eerder kans lopen te worden verwijderd uit de portefeuille. Daarnaast gaat Robeco de dialoog aan met issuers van aandelen waarvan uit de doorlopende monitoring blijkt dat ze internationale normen schenden.
Het fonds volgt een bottom-up gedreven beleggingsstrategie om exposure te krijgen naar de bewezen value-factor. De strategie maakt gebruik van de verbeterde factordefinitie van Robeco in plaats van generieke om onbeloonde risico's te vermijden en het rendementspotentieel te maximaliseren. Zo kan een generieke value-factor leiden tot beleggingen in noodlijdende bedrijven die goedkoop zijn voor een reden. Ons eigen Distress Risk Model helpt deze risico’s te identificeren en zulke bedrijven te vermijden. Bovendien wil de strategie voorkomen dat de value-factor leidt tot negatieve exposure naar andere factors, zoals quality, low volatility en momentum. Op deze manier probeert de strategie ongewilde en onbedoelde factortilts te vermijden. Het is een rules-based proces dat onnodige transactiekosten probeert te vermijden door alleen aandelen te kopen als de verwachte winst hoger ligt dan de kosten voor de transactie.
Guido is hoofd van Factor Investing-strategieën en co-hoofd van het Quant Fixed Income-team van Robeco. Hij is tevens professor Behavioral Finance en Financial Markets aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij heeft publicaties op zijn naam staan in hoog aangeschreven wetenschappelijke tijdschriften als het Journal of Financial Economics, de American Economic Review en Management Science. Hij begon zijn carrière in de beleggingssector in 2004. Voordat hij in 2017 in dienst trad bij Robeco, was Guido hoofd Quantitative Research Fixed Income en Multi Asset Research bij NN Investment Partners. Hij heeft in onderzoeksprojecten samengewerkt met Nobelprijswinnaar Richard Thaler (2017). Guido is gepromoveerd en afgestudeerd (cum laude) in financiële economie en bedrijfseconomie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Daniel Haesen is portefeuillemanager Quantitative Equities en richt zich op het beheer van factorportefeuilles, zoals de Value-, Momentum-, Quality- en Multi-Factor-portefeuilles. Hij is gespecialiseerd in factorresearch en portefeuillebeheer. Hij trad in 2003 bij Robeco in dienst als kwantitatieve onderzoeker met een specifieke focus op kwantitatieve selectie, waarbij hij multifactor-selectiemodellen bestudeerde binnen zowel aandelen als bedrijfsobligaties. Daarnaast was hij ook verantwoordelijk voor kwantitatief duurzaamheidsonderzoek en kwantitatief allocatieonderzoek. Hij heeft artikelen gepubliceerd in verschillende wetenschappelijke tijdschriften, waaronder het Journal of Banking and Finance. Daniel studeerde econometrie en kwantitatief beleggen aan Tilburg University. Hij is CFA® Charterholder. Wouter Tilgenkamp is portefeuillemanager Quantitative Equities en richt zich op het beheer van factorportefeuilles, zoals de Value-, Momentum-, Quality- en Multi-Factor-portefeuilles. Wouter kwam in 2016 bij Robeco in dienst als datawetenschapper en hield zich specifiek bezig met onderzoek naar aandelenhandel, automatisering van portefeuilleprocessen, portefeuilleopbouw en optimale uitvoering van strategieën. Hij begon zijn financiële carrière in 2014 bij Optiver als handelaar in derivaten. Hij heeft een bachelor in toegepaste wiskunde van de Technische Universiteit Delft en een master in quantitative finance. Jan Sytze Mosselaar is portefeuillemanager Quantitative Equities. Zijn focus ligt op het beheer van een breed scala aan regionale en wereldwijde Conservative Equities-strategieën (de lage-volatiliteitstrategie van Robeco) en de factorportefeuilles, zoals Value-, Momentum-, Quality- en Multi-Factor-portefeuilles. Jan Sytze is de auteur van "A Concise Financial History of Europe", uitgegeven door Robeco. Hij begon zijn carrière in 2004 bij Robeco en werkte 10 jaar als beheerder van de multi-assetportefeuille. Hij beheerde multi-assetfondsen, kwantitatieve allocatiefondsen en fiduciaire pensioenmandaten. Hij studeerde bedrijfseconomie aan de Universiteit van Groningen, met als specialisatie financiën en beleggen. Hij is een CFA® Charterholder.
Vermogensbeheerder | |
Fondsvermogen | |
Size of share class | |
Uitstaande aandelen | |
ISIN | LU1874124719 |
Bloomberg | ROQIEIE LX |
Valoren | 43884934 |
WKN | |
Beschikbaarheid | |
Datum 1e koers | 1537833600000 |
Einde boekjaar | 31-12 |
Juridische status | |
Ex-ante tracking error limiet (%) | |
Morningstar |
|
Referentie-index |
Lopende kosten |
|
---|---|
De lopende fondskosten van dit fonds bedragen |
Deze kosten bestaan onder ander uit: | ||
---|---|---|
Beheerkosten | ||
Serviceprovisie |
Transactiekosten |
|
---|---|
De verwachte transactiekosten bedragen |
Performance fee |
|
---|---|
Bij dit fonds kan tevens een performance fee worden ingehouden van |
Max. instapkosten | ||
Max. uitstapkosten | ||
Max. inschrijfkosten | ||
Max overstapkosten |
Het fonds is gevestigd in Luxemburg en valt onder de fiscale wet- en regelgeving van Luxemburg. Het fonds is in Luxemburg géén vennootschaps-, inkomsten-, dividend- of vermogenswinstbelasting verschuldigd. Het fonds is in Luxemburg wel onderworpen aan een jaarlijkse abonnementsbelasting ('tax d'abonnement'). Deze belasting bedraagt 0,01% van de intrinsieke waarde van het fonds. Deze belasting wordt verrekend met de intrinsieke waarde van het fonds. Het fonds kan in beginsel door gebruikmaking van het Luxemburgse verdragennet, eventuele bronbelasting op haar inkomsten gedeeltelijk terugvragen.
Beleggers die niet onderworpen zijn (vrijgesteld) aan Nederlandse vennootschapsbelasting (o.a. pensioenfondsen) worden niet belast voor het gerealiseerde resultaat. Beleggers die zijn onderworpen aan Nederlandse vennootschapsbelasting kunnen worden belast voor het resultaat behaald op hun investering in het fonds. Nederlandse Vpb-plichtige lichamen dienen rente- en dividendinkomsten en gerealiseerde koerswinsten op te geven in hun belastingaangifte. Voor beleggers buiten Nederland geldt hun eigen nationale belastingwetgeving met betrekking tot buitenlandse beleggingsfondsen. Wij adviseren de individuele belegger om, voorafgaand aan het nemen van de beslissing om te investeren in dit fonds, voor diens specifieke situatie eerst diens financiële of fiscale adviseur te raadplegen over de fiscale gevolgen verbonden aan de belegging in dit fonds.
De informatie op deze website is uitsluitend bestemd voor professionele & institutionele beleggers.
Bevestig alstublieft dat u een professionele belegger bent en dat u de voorwaarden van deze website hebt gelezen en begrepen, en deze accepteert.