21-03-2024 · SI Dilemmas

SI Dilemma: Koers houden op klimaatgebied – waarom engagement essentieel blijft

Enkele grote beleggers zijn onlangs uit het initiatief Climate Action 100+ (CA100+) gestapt. Dat deden ze onder meer vanwege zorgen over de eisen die de nieuwe fase van het initiatief met zich meebrengt. In fase 2 van CA100+ verschuift de aandacht van het vragen aan bedrijven om hun decarbonisatiestrategie bekend te maken naar de daadwerkelijke implementatie ervan. Deze verschuiving van toezeggingen naar actie lijkt voor deze beleggers een belangrijk knelpunt te zijn.

    Auteurs

  • Carola van Lamoen - Head of Sustainable Investing

    Carola van Lamoen

    Head of Sustainable Investing

Tegelijkertijd hebben meer dan 60 nieuwe beleggers zich juist aangesloten bij CA100+ voor fase 2, aangetrokken door de kracht van samenwerking. CA100+ bestaat op dit moment uit meer dan 700 beleggers en blijft groeien, met een constante groei van het aantal leden sinds de lancering van het initiatief. Hoe moeten we deze ontwikkelingen zien? Laten we eens kijken naar de geschiedenis en de toekomst van deze samenwerking, de toenemende afstemming tussen gezamenlijke engagement en transitiebeleggen, en de invalshoek van Robeco.

De geschiedenis: er is vooruitgang geboekt

CA100+ is een beleggersinitiatief dat in 2017 is gelanceerd, met als doel de beursgenoteerde bedrijven met de hoogste uitstoot van broeikasgassen aan te sporen om de maatregelen te nemen die nodig zijn om de klimaatverandering tegen te gaan. Met andere woorden, de focus ligt op het stimuleren van vooruitgang in de transitie naar een CO2-arme economie. Robeco is al lange tijd actief lid van de coalitie en is op dit moment medeleider van de engagement met 12 focusbedrijven: Anglo American, Berkshire Hathaway, BHP, CEZ, Ecopetrol, LyondellBasell, Marathon Petroleum, Petróleo Brasileiro, Phillips 66, Rio Tinto, TotalEnergies en Valero.

CA100+ heeft een cruciale rol gespeeld in de bewustmaking van bedrijven dat klimaatverandering en de vereiste energietransitie financieel materiële risico's zijn die ze moeten beheersen. De meeste bedrijven waar het initiatief zich op richt, hebben de noodzaak van klimaatactie onderkend en hebben inmiddels de eerste stappen gezet in die richting. Ongeveer 77% van de focusbedrijven heeft toegezegd om in 2050 of eerder een uitstoot van netto-nul te bereiken, waarbij de nadruk in ieder geval ligt op de uitstoot in Scope 1 en 2. 1

Meer specifiek heeft een groeiend aantal bedrijven, in lijn met verzoeken van beleggers, extern gecontroleerde doelen gesteld onder het Science-Based Targets-initiatief (SBTi) als onderdeel van hun toezegging om een uitstoot van netto-nul te bereiken in 2050 of eerder. Zo is mede onder leiding van Robeco een engagement aangegaan met het Tsjechische nutsbedrijf CEZ, die ertoe heeft geleid dat de doelstellingen zijn goedgekeurd door het SBTi en dat het bedrijf een ambitieuze strategie heeft ontwikkeld om in 2040 netto-nul te bereiken.2 Daarnaast heeft onze engagement met LyondellBasell ervoor gezorgd dat ook dit bedrijf veel ambitieuzer is geworden en doelstellingen heeft voorgelegd aan het strenge goedkeuringsproces van het SBTi.

Bij de meeste bedrijven is klimaattoezicht een van de governancetools. Zo heeft op dit moment 93% van de grootste beursgenoteerde uitstoters ter wereld een bestuurscommissie ingesteld die toezicht houdt op de risico's en kansen van klimaatverandering. Veel bedrijven zijn ook heel bewust bezig met rapportage, want 90% van de betreffende bedrijven heeft expliciet toegezegd de rapportage in lijn te brengen met de aanbevelingen van de Taskforce on Climate-related Financial Disclosures (TCFD), nu de wereldwijde standaard voor klimaatrapportages.

De toekomst: er is nog veel werk te verzetten

De vooruitgang is echter nog lang niet voldoende. Ondanks de geboekte vooruitgang bij het opstellen van ambitieuze toezeggingen voor netto-nul en tussendoelen voor uitstootreductie is er nog steeds een groot gebrek aan concrete actieplannen. Zo hebben sommige bedrijven in met name de olie- en gassector hun doelstellingen en plannen voor CO2-arme investeringen zelfs afgezwakt, waarmee ze hun belofte van de voorgaande jaren deels verbreken.

De implementatie van decarbonisatieplannen om een forse uitstootreductie te realiseren is precies waar Robeco en andere beleggers zich in de huidige fase van het initiatief op richten. We vragen bedrijven om hun kortetermijndoelen te verduidelijken, hun decarbonisatiestrategie aan te scherpen en kapitaal toe te wijzen aan deze plannen. Bedrijven met een hoge uitstoot die zich niet aanpassen aan de doelen van het Akkoord van Parijs lopen steeds grotere financiële risico's.

Reacties in de markt

De businesscase voor aanhoudende gezamenlijke engagement is glashelder, ondanks het besluit van sommige beleggers om uit het initiatief te stappen. Dat besluit heeft geleid tot reacties uit verschillende hoeken. De Amerikaanse klimaatgezant John Kerry zei dat vermogensbeheerders zich “afkeren van de wetenschap” en vroeg zich af of de vertrekkende beleggers “aan de goede kant van de geschiedenis staan”.

CA100+ benadrukte dat honderden beleggers van over de hele wereld zich blijven inzetten om bedrijven te stimuleren hun uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Sommige Amerikaanse beleggers bevestigden expliciet hun commitment aan CA100+, verwijzend naar het idee dat engagement een essentieel onderdeel is van hun fiduciaire plicht. Interessant is dat na de recente lancering van Nature Action 100 al snel meer dan 200 institutionele beleggers zich hadden aangemeld,3 waaruit blijkt dat er nog steeds vertrouwen is in samenwerkingsinitiatieven.

Deze ontwikkelingen vinden plaats tegen de achtergrond van steeds complexere regelgeving, waarin de reikwijdte en grenzen van de fiduciaire plicht van beleggers ter discussie staan. Het vinden van een goede balans tussen financiële performance op korte termijn en klimaatdoelstellingen voor de lange termijn is een groeiend dilemma. Klimaatverandering heeft grote gevolgen voor het milieu en de maatschappij als geheel, en volgens de laatste wetenschappelijke inzichten nemen deze gevolgen in de loop van de tijd alleen maar toe.

In mijn ogen kunnen de systemische risico's en gevolgen die de klimaatverandering met zich meebrengt voor portefeuilles niet worden genegeerd of weggewuifd vanwege een kortetermijnfocus op het rendement van een kleine groep aandelen met een hoge CO2-uitstoot. Samenwerken met bedrijven waarin wordt belegd om de transitie naar netto-nul te stimuleren en zo bij te dragen aan waardecreatie op lange termijn, blijft voor beleggers een belangrijk instrument om te voldoen aan hun fiduciaire plichten. De noodzaak om dit instrument in te zetten wordt alleen maar groter. Beleggers gaan nu zelfs een dialoog aan met overheden om het systeemrisico van klimaatverandering beter aan te pakken.

Gezamenlijke engagement en transitiefinanciering

Het is jammer om te zien dat sommige beleggers een stap terug doen. Maar ondanks het negatieve beeld dat het vertrek creëert bij externe waarnemers, speelden de meeste van de vertrokken beleggers in de praktijk toch al een beperkte actieve rol in het initiatief.

Daarnaast zien we dat sommige vertrekkers tegelijkertijd hun transitiefinanciering verdubbelen, ogenschijnlijk als alternatief voor het aangaan van een dialoog over uitstootreductie in de echte wereld. De inherente tegenstrijdigheid is dat transitiefinanciering precies is waar Climate Action 100+ voor pleit: bedrijven die een concrete decarbonisatiestrategie opstellen en hun kapitaaluitgaven daarop afstemmen.

Ware verantwoordelijkheid houdt in dat we ons voor beide aspecten van deze transitie richten op bescherming en waardecreatie. We kunnen ons niet alleen richten op de kansen van de toekomst en tegelijkertijd de risico's van het heden negeren.

Op koers blijven

Bij Robeco houden we vast aan onze koers. We blijven ons richten op het creëren van welvaart en welzijn door te beleggen in de transitie en die te versnellen via engagement. Volgens de wetenschap bestaat er geen enkele twijfel over de noodzaak om de transitie te versnellen. De ruimte om de opwarming te beperken, in lijn met het Akkoord van Parijs, wordt steeds kleiner.

Op koers blijven is dan ook de enige juiste keuze, zowel vanuit financieel oogpunt als vanuit het oogpunt van impact. De transitie is onvermijdelijk. Negatieve externe effecten zoals CO2-uitstoot en verlies van biodiversiteit zullen in toenemende mate worden ingeprijsd. Dat is al te zien in de mechanismen voor de aanpassing van koolstofgrenzen en de drang naar CO2-markten, en in de toekomst wordt het ongetwijfeld financieel nog materiëler.

Het versnellen van klimaatmaatregelen bij bedrijven waarin wordt belegd, is een belangrijk onderdeel van Robeco's routekaart naar netto-nul. Het gaat erom voorbereid te zijn op de toekomst, zowel door te beleggen in de transitie als door in dialoog te gaan met bedrijven die hun inspanningen moeten opvoeren. Het is volkomen logisch om goed voorbereid te zijn.

Bedrijven die op het gebied van de transitie tegen uitdagingen aanlopen, profiteren zonder meer van een constructieve dialoog met beleggers. Dit is een duidelijke win-win-winsituatie, waarbij effectieve engagement niet alleen het bedrijf en zijn beleggers ten goede komt, maar ook de bredere samenleving.