Hoe kijk je aan tegen engagement als onderdeel van een brede duurzame beleggingsstrategie?
We waren er lang van overtuigd dat we een portefeuille konden afstemmen op de waarden van beleggers door bepaalde bedrijven uit te sluiten. Dat leidde er echter niet per se toe dat bedrijven hun werkwijze verbeterden. Nu denken we dat het beter is om wel te beleggen in deze bedrijven en vervolgens met ze in dialoog te gaan. Op die manier kunnen we hun middelen en mogelijkheden inzetten om verandering teweeg te brengen in de echte wereld. We zien engagement als een manier waarop beleggers een positieve impact kunnen realiseren met hun strategie, waarbij de resultaten op ecologisch en maatschappelijk vlak meetbaar en verifieerbaar zijn.
Wat is het belangrijkste doel van een engagementstrategie: een goed beleggingsrendement genereren of het gedrag van bedrijven verbeteren?
Bij UBS zijn we van mening dat deze twee doelen hand in hand gaan. Een engagement met bedrijven over belangrijke onderwerpen levert ook financieel gewin en een goed beleggingsresultaat op. Het sleutelwoord hier is ‘betekenisvol’ of, zoals wij vaak zeggen, ‘materieel’. We hebben het dan over kwesties met een negatief effect op het bedrijfsmodel van ondernemingen, en mogelijk zelfs op hele sectoren. Daarom verwachten we naast een positieve maatschappelijke en milieu-impact ook een goede financiële performance.
Kunnen particuliere beleggers op dezelfde manier verandering teweegbrengen als institutionele beleggers?
Particuliere beleggers denken vaak dat het voor hen moeilijker is om een grote bijdrage te leveren dan voor institutionele beleggers, omdat ze minder macht hebben. Ze hebben immers minder individueel vermogen dan bijvoorbeeld een pensioenfonds en minder of geen middelen tot hun beschikking om één op één in gesprek te gaan met bedrijven. Maar door een engagementstrategie op te nemen in hun portefeuille kunnen particuliere beleggers hun geld wel degelijk in de richting van positieve verandering loodsen, ook al is het dan via een fondsmanager en niet rechtstreeks. Als ze hun krachten bundelen, kunnen particuliere beleggers net zoveel positieve invloed uitoefenen als institutionele beleggers, of misschien wel meer.
Wat is het grootste voordeel van een specifieke engagementstrategie?
Ten eerste biedt zo'n strategie particuliere beleggers de mogelijkheid om een positieve bijdrage te leveren aan het milieu en de maatschappij, namelijk door kapitaal te alloceren naar positieve verandering via de engagementactiviteiten van de fondsmanager.
Ten tweede zijn er ook spreidingsvoordelen. Steeds meer particuliere beleggers willen hun vermogen op een duurzame manier beleggen. Dat klinkt vrij eenvoudig, maar ze moeten dan wel nadenken over duurzaamheid in de context van een portefeuille. Denk aan zaken als spreiding, factorexposures, en risico- en rendementseisen. Engagementstrategieën richten zich vaak op bedrijven die je niet zo snel associeert met duurzaamheid, zoals industriële bedrijven of producenten van basismaterialen. Deze bedrijven moeten een transformatie ondergaan, omdat ze belangrijk zijn voor onze economieën, vaak hulpbronintensief zijn en moeten veranderen om voortgang te boeken – we kunnen ze niet zomaar achterlaten. Dit soort bedrijven biedt waarschijnlijk het meeste potentieel voor verandering, en dat is precies waar veel beleggers met een focus op duurzaamheid naar op zoek zijn. Een engagementstrategie biedt dan ook spreidingsvoordelen voor duurzame portefeuilles door te beleggen in bedrijven die doorgaans niet worden opgenomen in de standaard ESG-strategieën met een best-in-class-benadering.
Iets vergelijkbaars zien we op de creditmarkten. Daar beleggen engagementstrategieën over het algemeen in highyieldobligaties, terwijl andere duurzame creditstrategieën zich juist richten op het hoogwaardige investmentgradesegment.
Zijn er grote verschillen in de manier waarop fondsmanagers een engagement aanpakken?
Als we kijken naar de bredere markt, zou ik zeggen ja en nee. Er is zeker een gemene deler, namelijk dat de fondsmanagers vooraf maatschappelijke en milieudoelen opstellen die ze willen bereiken via engagement. Ook hanteren ze doorgaans een langetermijnstrategie. Er zijn vaak veel gesprekken met het management van een bedrijf voor nodig om grote veranderingen af te dwingen en dus houden ze hun posities zeker een aantal jaar vast. Bovendien delen de fondsmanagers de doelen op in verschillende mijlpalen, zodat ze hun strategie kunnen aanpassen als deze mijlpalen niet worden gehaald.
Er zijn echter ook de nodige verschillen. Zo gaan de beheerders van sommige engagementfondsen liever in dialoog met kleine en middelgrote bedrijven, vooral als ze dat doen zonder hulp van andere beleggers. Ze hebben vaak het idee dat er meer mogelijkheden zijn in dit segment en dat ze meer invloed hebben op kleinere bedrijven, die duurzaamheid misschien nog niet volledig hebben geïntegreerd in hun bedrijfsmodel en activiteiten.
Andere beheerders zien juist meer heil in engagement met grote of zelfs megabedrijven, omdat de potentiële impact dan ook groter is. Vaak slaan ze de handen ineen met andere vermogensbeheerders die dezelfde positieve verandering nastreven. We zien dat er engagements worden aangegaan met uiteenlopende bedrijven wat betreft grootte, sector en regio.
Wat maakt een engagement krachtig?
Wij denken dat een engagement het meest krachtig is als er rekening wordt gehouden met twee factoren. De eerste is hoe materieel de betreffende kwesties zijn voor het bedrijfsmodel van de onderneming. Als je bijvoorbeeld in dialoog gaat met een bank, is het waarschijnlijk minder relevant om het te hebben over het terugdringen van het watergebruik op kantoor, ook al is dat ontegenzeglijk een ESG-kwestie. De beheerders van engagementfondsen moeten daarom goed kunnen bepalen welke kwesties belangrijk zijn voor bedrijven, sectoren en regio's.
De tweede factor is de rol die het bedrijf speelt in het grote geheel. Sommige van de meest krachtige engagements die wij hebben gezien, waren dialogen over kwesties als gezondheid en veiligheid met grote werkgevers in bepaalde regio's. Zo’n engagement kan niet alleen leiden tot verbeteringen bij de bedrijven zelf, maar via overloopeffecten ook tot best practices in een gehele regio. Een ander goed voorbeeld hiervan is de engagement met producenten van fossiele brandstoffen over diversificatie en de ontwikkeling van capaciteit voor hernieuwbare energie. De effecten buiten het bedrijf zelf zijn moeilijk te kwantificeren in het kader van impactbeleggen, maar ze laten wel de werkelijke kracht van engagement zien.
Welke vaardigheden zijn nodig om een engagement aan te gaan?
Het is essentieel om vast te stellen met welke materiële ESG-kwesties een bedrijf te maken heeft. Soms zijn die eenvoudig te identificeren en te meten, maar ze hebben helaas niet altijd het overloopeffect dat wij graag willen zien. Engagementspecialisten moeten inzicht hebben in een bedrijf, waar het voor staat en de sector waarin het actief is – net als een traditionele beleggingsspecialist. Maar daarnaast moeten ze ook veel weten over de betreffende duurzaamheidskwesties. Een langdurige relatie met managementteams helpt enorm, evenals kennis over best practices en de ontwikkelingen in de wereld van engagement.
Ook moeten ze hun standpunten goed onder woorden kunnen brengen en goed kunnen samenwerken. Een engagement levert voordelen op voor zowel beleggers als bedrijven. Sommige particuliere beleggers kiezen mogelijk bewust niet voor een activistische benadering, die meer gericht is op straffen dan op belonen. In plaats daarvan geven ze de voorkeur aan een meer constructieve engagement, waarbij ze wel verwachten dat de beheerder van het engagementfonds inziet wanneer een dialoog niet werkt en de tijd rijp is om van koers te veranderen.
Ligt de focus van engagements te veel op milieukwesties en te weinig op maatschappelijke kwesties?
Wat ons betreft is engagement over maatschappelijke onderwerpen niet minder belangrijk dan engagement over klimaatgerelateerde kwesties. Het punt is alleen dat vooruitgang op klimaatgebied sneller te meten is. Het is nou eenmaal makkelijker om te bepalen hoeveel de CO2-uitstoot is afgenomen of waar energie wordt ingekocht dan te bepalen welke vorderingen zijn gemaakt in maatschappelijke factoren, die vaak meer kwalitatief van aard zijn.
Toch wordt ook op maatschappelijk vlak veel vooruitgang geboekt. Zo zien bedrijven in veel verschillende industrieën de noodzaak om een rolmodel te worden en de standaard te zetten voor andere bedrijven. Er zijn ook zeker meer engagements over maatschappelijke kwesties dan een paar jaar geleden. En vorig jaar zagen we echt een forse stijging in het stemmen bij volmacht over maatschappelijke kwesties.
Is er bewijs dat engagementstrategieën werken?
Er zijn wel enkele wetenschappelijke studies die beweren dat ze inderdaad werken. Een van de uitdagingen met het analyseren is echter dat engagement gericht op duurzaamheid nog niet zolang een formeler karakter heeft, ook al gaan engagementstrategieën al wat langer mee, en dat er een aantal jaar overheen gaat voordat er grote resultaten worden geboekt. Het hele proces is dus nog in volle gang. We zien op de markten steeds meer succes als het gaat om de mijlpalen voor de middellange termijn. Dat stemt ons optimistisch, maar we moeten nog wel afwachten wat het eindresultaat wordt. Aan onze kant proberen we ook wetenschappelijk onderzoek in de praktijk te ondersteunen, door samen met doctoraalstudenten per geval te analyseren wat een op duurzaamheid gerichte engagement tot een succes maakt.