21-02-2018 · Visie

Feit of fictie: duurzaam beleggen draait alleen om negatieve screening

Een hardnekkige mythe over duurzaam beleggen is dat het alleen draait om negatieve screening, voornamelijk door ‘onethische’ aandelen uit te sluiten.

    Auteurs

  • Masja Zandbergen-Albers - Head of Sustainability Integration

    Masja Zandbergen-Albers

    Head of Sustainability Integration

Negatieve screening of uitsluiting houdt in dat bepaalde sectoren, bedrijven of projecten op basis van specifieke ESG-criteria worden uitgesloten van een fonds of portefeuille. Het verschijnsel ontstond in de 18e eeuw, toen quakers in de VS weigerden hun geld te beleggen in de slavenhandel. Sindsdien is deze manier van beleggen vaak getypeerd als groene kruistocht, of als blijk van en afkeuring voor sin stocks uit bijvoorbeeld de tabaksindustrie. In beide gevallen gaat het om ethische redenen.

In het algemeen betekent negatieve screening dat beleggers weigeren aandelen of obligaties van bedrijven te kopen die betrokken zijn bij de alcohol-, tabaks-, gok- of wapenindustrie. In de strijd tegen klimaatverandering gaat het steeds vaker ook om het vermijden van vervuilers en producenten van fossiele brandstoffen. Soms is de uitsluiting van bepaalde bedrijven zelfs bij wet geregeld. Zo is het in Nederland verboden om te beleggen in bedrijven die clustermunitie produceren. Negatieve screening is de meest toegepaste vorm van duurzaam beleggen, waar in 2016 USD 15 biljoen aan beleggingen wereldwijd mee gemoeid is.

Sigarettenfabrikanten worden bijvoorbeeld al jaren uitgesloten en sinds kort geldt dit ook voor steenkoolproducenten. De uitsluiting van dit soort sectoren is inmiddels zo breed geaccepteerd dat het niet verwonderlijk is dat sommige mensen denken dat dit alles is waar duurzaam beleggen om draait.

Negatieve screening is echter maar één kant van het verhaal. Duurzaam beleggen is ook gebaseerd op positieve screening, omdat het uiteindelijk belangrijker is wat er wel in een fonds terechtkomt dan wat er niet in komt. De Global Sustainable Investment Alliance geeft een overzicht dat geleidelijk de norm wordt op de markt. Naast negatieve screening kun je ook kiezen voor de volgende vormen van duurzaam beleggen:

  • Positieve screening (best in class-benadering): beleggen in sectoren, bedrijven of projecten die zijn geselecteerd vanwege hun positieve ESG-prestaties ten opzichte van sectorgenoten

  • Screening op basis van normen: screenen van beleggingskandidaten volgens minimumstandaarden voor bedrijfsprocedures op basis van internationale normen

  • ESG-integratie: de systematische en expliciete opname van ESG-factoren in financiële analyses door fondsbeheerders

  • Duurzaamheidsthema’s: focussen op thema’s die specifiek betrekking hebben op duurzaamheid, zoals schone energie of duurzame landbouw

  • Impactbeleggen/community investing: gericht op het leveren van een oplossing voor problemen in maatschappij of milieu, waarbij kapitaal wordt aangewend voor behoeftige individuen of gemeenschappen en waarbij bedrijven worden gefinancierd die een duidelijk sociaal of milieugerelateerd doel hebben

  • Actief aandeelhouderschap: inzet van de macht van aandeelhouders om het gedrag van bedrijven te beïnvloeden, bijvoorbeeld door een directe dialoog (engagement) met bestuursleden, door het indienen van aandeelhoudersvoorstellen en door stemmen bij volmacht op basis van een uitgebreide ESG-richtlijn.

Het hangt van het doel van de belegger af welke specifieke toepassingen nuttig zijn. De reden om ESG-gegevens te gebruiken is vaak het verhogen van het rendement of het beperken van risico. Het doel van impactbeleggen en actief aandeelhouderschap is vaak het maken van een verschil en tegelijkertijd het genereren van een financieel rendement. Robeco is er sterk van overtuigd dat het gebruik van ESG-informatie leidt tot beter onderbouwde beleggingsbeslissingen en bovendien goed is voor de maatschappij. Daarom ligt de nadruk bij Robeco op ESG-integratie en actief aandeelhouderschap.

ESG-integratie

Bij ESG-integratie worden gegevens uit veel verschillende bronnen gebruikt om een bedrijf te analyseren en waarderen. Over het algemeen maken effecten met betere ESG-prestaties op het gebied van materiële kwesties een grotere kans te worden opgenomen in de portefeuille dan effecten met een slechter ESG-profiel. Als de ESG-risico's van een aandeel al grotendeels zijn ingeprijsd door de markt, kan de portefeuillemanager er toch voor kiezen om in dat aandeel te beleggen als hij of zij denkt dat er genoeg ruimte is voor verbetering waardoor ook de koers kan stijgen.

ESG-integratie maakt het mogelijk volledig geïnformeerde beleggingsbeslissingen te nemen, met behulp van zowel positieve als negatieve screeningstechnieken op het gebied van duurzaamheid – naast andere factoren die een belegger meeweegt bij de koop of verkoop van een aandeel. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de principes van waardebeleggen, waarbij de portefeuillemanager zoekt naar aandelen waarvan de huidige prijs geen goede afspiegeling is van het potentieel van het bedrijf.

Actief aandeelhouderschap

Uitsluiting – het toppunt van negatieve screening – moet worden gezien als een laatste mogelijkheid. De meeste beleggers gaan liever eerst de dialoog aan met bedrijven om manieren te vinden waarop ze hun gedrag kunnen verbeteren. Robeco heeft daar een speciaal Active Ownership-team voor, met engagementspecialisten die regelmatig in gesprek gaan met bedrijven waarin we zijn belegd.

Dit proces heeft onze voorkeur, omdat een dialoog niet langer mogelijk is als een bedrijf is uitgesloten. Beleggers kunnen dan hun invloed niet gebruiken om ESG-verbeteringen door te voeren. Het verkopen van belangen levert een vergelijkbaar probleem op, want dan verschuift het eigenaarschap simpelweg van een ontevreden belegger naar een belegger die meegaander is. Hiermee pak je de onderliggende kwestie dus niet aan, zoals bij decarbonisatie.

Ook als het gaat om langdurige en schijnbaar onoverkomelijke problemen kan een engagement toch zijn vruchten afwerpen. Zo produceren grote oliemaatschappijen nog steeds fossiele brandstoffen, maar zijn ze wel overgehaald om hun bedrijfsmodel zo te veranderen dat ze zich geleidelijk meer gaan richten op hernieuwbare energie. Windmolen- en zonneparken maken inmiddels een groot deel uit van hun activiteiten, nu ze zich steeds meer afkeren van olie en gas. Daarmee dragen ze bij aan de decarbonisatie en het vertragen van de klimaatverandering.